Rekening

Balans

(bedragen x €1.000)

Activa

31‑12‑2016

31‑12‑2015

Passiva

31‑12‑2016

31‑12‑2015

Vaste activa

Vaste passiva

Immateriele vaste activa

Eigen vermogen

Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio

137

146

Algemene reserve

15.559

15.375

Kosten van onderzoek en ontwikkeling

362

59

Bestemmingsreserves

60.084

57.077

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

3.166

0

Gerealiseerde resultaat

1.969

2.337

Sub-totaal

3.665

205

Sub-totaal

77.612

74.789

Materiële vaste activa

Voorzieningen

Investeringen met economisch nut:

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

7.978

7.621

- Gronden uitgegeven in erfpacht

4.073

4.312

Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden

1.944

2.152

- Overige investeringen met economisch nut

185.524

181.011

Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven

33.005

32.641

Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut

24.830

23.875

Sub-totaal

247.432

241.839

Sub-totaal

9.922

9.773

Financiële vaste activa

Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer

Kapitaal verstrekkingen aan:

Onderhandse leningen van:

- Deelnemingen

15.932

13.959

Binnenlandse banken en overige financiële instellingen

280.882

270.594

Leningen aan:

Binnenlandse bedrijven

5.600

5.735

- Deelnemingen

24.392

26.736

Buitenlandse banken, instellingen en overige sectoren

20.000

20.000

Overige langlopende leningen u/g

6.041

9.060

Door derden belegde gelden

654

650

Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer

0

46

Waarborgsommen

66

69

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

0

1.777

Sub-totaal

46.365

51.578

Sub-totaal

307.202

297.048

Totaal vaste activa

297.462

293.622

Totaal vaste passiva

394.736

381.610

Vlottende activa

Vlottende passiva

Voorraden

Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie

61.598

85.674

Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a van de Wet financiering decentrale overheden

0

0

Gereed product en handelsgoederen

11.576

12.441

Banksaldi

4.073

3.751

Niet in exploitatie genomen bouwgronden

0

5.775

Overige schulden

23.044

18.368

Overige kasgeldleningen

0

20.000

Sub-totaal

73.174

103.890

Sub-totaal

27.117

42.119

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

Overlopende passiva

Vorderingen op openbare lichamen

1.601

7.650

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren

4.445

10.706

Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

5.404

0

Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen

1.617

1.014

Overige vorderingen

14.134

12.862

Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume

16.170

20.822

Sub-totaal

21.139

20.512

Sub-totaal

22.232

32.542

Liquide middelen

Kassaldi

0

1

Banksaldi

4.507

1.033

Sub-totaal

4.507

1.034

Overlopende activa

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel

4.000

7.047

Overige nog te ontvangen bedragen

42.843

29.357

Vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van volgende begrotingsjaren

960

809

Sub-totaal

47.803

37.213

Totaal vlottende activa

146.623

162.649

Totaal vlottende passiva

49.349

74.661

Totaal generaal

444.085

456.271

Totaal generaal

444.085

456.271

Gewaarborgde geldleningen

21.797

27.176

Garantstellingen

1.180.094

1.235.570

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV).

Alles uitklappen
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.

De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.

In de jaarrekening is de algemene uitkering opgenomen op basis van de, in de septembercirculaire 2016 gepubliceerde accresmededeling.

Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan componenten als ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.

Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming en is vier jaar. Wanneer er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) wordt wel een verplichting/voorziening gevormd. Bepalend voor het instellen van een voorziening is een waarschijnlijk ongelijkmatig karakter van de kosten.

Het gebruik van schattingen is een element bij het opstellen van de jaarrekening. De getrouwheid van de jaarrekening wordt daardoor niet aangetast. Bij schattingen opgenomen in de jaarrekening zijn de volgende punten in acht genomen;

  • de aard van de schatting en de bijbehorende veronderstellingen worden als toelichting vermeld;
  • er is rekening gehouden met alle relevante (potentiële) omstandigheden voor en na balansdatum;
  • ervaringen in soortgelijke gevallen zijn meegenomen.

Vaste activa

Algemeen

In 2013 is door de raad de richtlijn activeren en afschrijven vastgesteld. Deze richtlijn is een vertaling van de eisen, welke zijn neergelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) inzake duurzame activa, naar de Deventer situatie. De richtlijn biedt een actueel kader voor investeringen en de daaruit voortvloeiende activa en afschrijvingen.
Voor de afschrijvingsduur gelden de afschrijvingstermijnen die zijn opgenomen in de richtlijn activeren en afschrijven (2013).
In de jaarrekening is, in aanvulling op de richtlijn activeren en afschrijven, uitgegaan van de notitie grondexploitatie 2016 van de commissie BBV.

Omvangcriterium

Vanaf 1 januari 2005 worden investeringen met een gebruiksduur kleiner dan 3 jaar en/of met een verkrijging- of vervaardigingprijs lager dan € 25.000 niet geactiveerd maar direct ten laste van de programmarekening gebracht.
Vanaf het boekjaar 2013 worden activa, met een verkoop intentie op korte termijn, onder de vlottende activa opgenomen.

Kosten van onderzoek en ontwikkeling

Kosten van onderzoek en ontwikkeling worden enkel geactiveerd wanneer aan al de ondervermelde voorwaarden wordt voldaan (artikel 60 – BBV);

  • het voornemen bestaat het actief te gebruiken of te verkopen;
  • de technische uitvoerbaarheid om het actief te voltooien vaststaat;
  • het actief in de toekomst economische of maatschappelijke nut zal genereren;
  • de uitgaven die aan het actief zijn toe te rekenen betrouwbaar kunnen worden vastgesteld.

Het activeren van voorbereidingskosten voor grondexploitaties als kosten van onderzoek en ontwikkeling is toegestaan onder de volgende voorwaarden;

  • De kosten moeten passen binnen de kostensoortenlijst van het Bro; en
  • De kosten mogen maximaal 5 jaar geactiveerd blijven staan onder de immateriële vaste activa. Na maximaal 5 jaar moeten de kosten hebben geleid tot een actieve grondexploitatie dan wel een afboeking ten laste van het jaarresultaat; en
  • Plannen tot de ontwikkeling van de grond waarvoor de voorbereidingskosten worden gemaakt, moeten bestuurlijke instemming hebben, blijkend uit een raadsbesluit of (gedelegeerd) collegebesluit.

Vaste activa - Immateriële vaste activa

De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de duurzame waardeverminderingen.


Vaste activa - Materiële vaste activa met economisch nut

In erfpacht uitgegeven gronden.

De in erfpacht uitgegeven percelen zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (i.c. de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen). Percelen waarvan de erfpacht eeuwigdurend is, zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen in de balans. Als bedragen worden ontvangen in verband met afkoop van voortdurend erfpacht dan worden deze bedragen onder de vaste schulden op de balans opgenomen.

Overige investeringen met economisch nut

Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden onder voorwaarden (direct aantoonbare relatie en geen specifieke voorwaarden voor terugbetaling) in mindering gebracht (na ingebruikname object). Indien niet wordt voldaan aan de voorwaarden wordt de bijdrage tot aan ingebruikname gedoteerd aan een voorziening of geboekt als transitorische post.

Investeringen met economisch nut waarvoor een heffing wordt geheven

Investeringen in riolering of het inzamelen van huishoudelijk afval worden opgenomen in een aparte categorie. Dit zijn investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing wordt geheven.

Afschrijven

Slijtende investeringen worden vanaf de boekingsperiode direct aansluitend op het moment van ingebruikneming (n+1) lineair of annuïtair afgeschreven gedurende de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit (zowel met economisch als maatschappelijk nut) wordt niet afgeschreven. Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken.

Wijziging bestemming activa

Van activa waarvan de bestemming wijzigt (bijvoorbeeld door verkoop) wordt conform artikel 63, lid 5 – BBV de actuele waarde van de nieuwe bestemming toegelicht (verkoop- of taxatiewaarde). Wanneer de duurzame gebruiksintentie eindigt (door verkoopvoornemen), dan wordt het object onder de vlottende activa (voorraden) gerubriceerd. Is de actuele waarde lager dan de boekwaarde, dan vindt afwaardering plaats.


Vaste activa - Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut

Activa met een meerjarig maatschappelijk nut in de openbare ruimte worden alleen in uitzonderingsgevallen geactiveerd. Een aantal uitzonderingsgevallen zijn:

  • Eerste aanleg van wegen met de hierbij behorende civiele kunstwerken en niet opgenomen in grondexploitaties;
  • Omvangrijke wegenreconstructies in het kader van een wijkverbetering of verkeersdoorstroming.

De ondergrond van deze werken wordt daarbij als integraal onderdeel van het werk beschouwd en dus ook op afgeschreven.
Eventuele activering vindt plaats tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs minus bijdragen van derden of bijdragen uit reserves. Activa met een meerjarig maatschappelijk nut in de openbare ruimte worden zo snel mogelijk afgeschreven (inclusief de (onder)gronden). Alle overige investeringen in activa met een meerjarig maatschappelijk nut worden meegenomen in de beheersprogramma’s.


Vaste activa - Financiële vaste activa

Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Wanneer de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs, zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs. Bijdragen aan activa van derden worden conform de richtlijn activeren en afschrijven (2013) geactiveerd. De verleende bijdragen worden afgeschreven in een periode, gelijk aan de gebruiksduur van het actief waarvoor de bijdrage is verstrekt.


Vlottende activa

Voorraden

De niet in exploitatie genomen bouwgronden (NIEGG) zijn met ingang van 1 januari 2016 afgeschaft (notitie grondexploitaties – commissie BBV 2016).
Activa die op de dag voor inwerkingtreding van de gewijzigde BBV (01-04-2016) op de balans zijn opgenomen als NIEGG, worden tegen dezelfde boekwaarde opgenomen op de toelichting op de balans als materiële vaste activa categorie ‘gronden en terreinen’. Deze activa worden uiterlijk voor 2020 gewaardeerd op marktwaarde tegen de dan geldende bestemming.
Deze activa worden gedurende deze overgangsperiode apart toegelicht in de toelichting op de materiële vaste activa.

Er wordt rente (omslagrentepercentage) bijgeschreven op de boekwaarde van deze voorraden.

De als “onderhanden werken” opgenomen bouwgronden in exploitatie (BIE) zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken), alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.
Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Door de gekozen systematiek is het mogelijk dat een boekwaarde tijdelijke negatief kan staan.
Wanneer tussentijds winst wordt genomen dan wordt de ‘percentage of completion’ methode toegepast.

Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich met name voor indien voorraden incourant zijn. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loonkosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.
Voor een geprognosticeerd verlies op de grondexploitatie wordt een verliesvoorziening ingesteld ter grote van het volledige verlies. De voorziening wordt gepresenteerd als waardecorrectie op de post voorraad onderhanden werk (bouwgrond in exploitatie).

De overige grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen die zijn gebaseerd op de gemiddelde betaalde inkoopprijs. Verschillen tussen de standaard verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als resultaat verantwoord. Incourante voorraden worden afgewaardeerd naar marktwaarde.

Vorderingen

De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening is bepaald op basis van de geschatte inningskansen per individuele vordering (statische methode).


Vlottende activa - Liquide middelen

Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.


Vlottende activa - Overlopende activa

De overlopende activa maken onderdeel uit van de vlottende activa (artikel 37 – BBV). Onder de overlopende activa vallen de vooruitbetaalde kosten en nog te ontvangen bedragen. Vooruitbetaalde kosten zijn kosten die reeds zijn betaald, maar waarvan de prestatie (nut) na de balansdatum valt. Nog te ontvangen bedragen betreft nog te factureren geleverde prestaties. De grondslag voor de ‘vordering’ is voor de balansdatum ontstaan. Overlopende activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs (artikel 63 – BBV).


Vaste passiva

Reserves

Conform artikel 19 – BBV bevat de toelichting op het overzicht van baten en lasten een overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves.

Voorzieningen

In de, in 2009 door de raad, vastgestelde geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het kaderstellend beleid voor voorzieningen weergegeven. Met ingang van begrotingsjaar 2014 is middels een Wijzigingsbesluit (25-07-2013) van de commissie BBV de toepassing enigszins aangepast en als volgt:

  1. Voorzieningen worden gevormd wegens:
  • Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten;
  • Op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is;
  • Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren;
  • De bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b – BBV.
  1. Tot de voorzieningen worden ook gerekend, van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b – BBV (zijnde de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren). Deze uitzonderingscategorie wordt conform het BBV verantwoord onder de overlopende passiva.
  2. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.

Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies (artikel 44 – BBV). Een uitzondering hierop is de voorziening Wethouders-pensioenen, welke wordt gewaardeerd tegen contante waarde.
De onderhoudsegalisatie voorzieningen zijn gebaseerd op een meerjarenraming (de zogenaamde meerjaren onderhoudsplannen - MJOP’s) van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die daarvoor zijn geformuleerd. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen van dit jaarverslag is het beleid daarvoor nader toegelicht.

Vaste schulden

Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met de gerealiseerde aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

Algemeen

In 2009 is de geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen (juni 2009) door de raad vastgesteld. Deze beleidsnota is een vertaling van de eisen, welke zijn neergelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV) inzake reserves en voorzieningen, naar de Deventer situatie.
De algemene reserves en bestemmingsreserves worden gevormd conform de, door de raad genomen besluiten. Onttrekkingen aan deze reserves geschieden conform daartoe strekkende raadsbesluiten. Bij een aantal reserves is sprake van toevoeging van rente ten laste van de programmarekening op basis van het in de begroting vastgestelde rentepercentage.
Incidentele baten en lasten
Conform artikel 28 – BBV is in de toelichting op de programmarekening een overzicht van de incidentele baten en lasten per programma. Daarin worden per programma de belangrijkste posten (> € 100.000) afzonderlijk gespecificeerd.

Nog te bepalen en te bestemmen resultaat

De basis voor de jaarrekening ligt in de door de gemeenteraad vastgestelde begroting. In de jaarrekening dient tot uitdrukking te worden gebracht, wat werkelijk is gebeurd ten opzichte van de door de raad vastgelegde voornemens in de begroting, inclusief later daarin aangebrachte wijzigingen. Door middel van de voorgeschreven analyse tussen de rekening- en begrotingscijfers wordt inzicht verstrekt in de - eventueel - ontstane verschillen. Conform de programmabegroting mogen in de diverse programma’s geen stortingen en onttrekkingen met betrekking tot de reserves worden opgenomen. Deze mutaties worden gepresenteerd in het overzicht werkelijke toevoegingen en onttrekkingen aan reserves. Nadat het resultaat van de rekening (inclusief exploitatiemutaties in reserves) is bepaald, wordt dit afzonderlijk op de balans vermeld en in de jaarrekening vastgelegd. Na vaststelling van de jaarrekening neemt de gemeenteraad vervolgens een besluit over de bestemming van het resultaat.

Eigen bijdrage CAK

Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming is op grond van de Wmo een eigen bijdrage verschuldigd. Deze eigen bijdrage is afhankelijk van de kostprijs van de voorziening voor de gemeente en de inkomensgegevens van de aanvrager. In de wet is bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage niet wordt uitgevoerd door de gemeente zelf, maar door het CAK. Door privacy overwegingen is de gegevensverstrekking van het CAK aan de gemeente Deventer ontoereikend om de volledigheid en juistheid van de eigen bijdragen te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is.

Gezien het feit dat het CAK verantwoordelijk is voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geeft zij jaarlijks een mededeling af over de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen (Third party mededeling). Bij het afgeven van deze mededeling betrekt het CAK niet de juistheid, volledigheid en tijdigheid van de gegevens van andere ketenpartners, waardoor de gemeente Deventer niet beschikt over een mededeling waarop volledig kan worden gesteund ten behoeve van de volledigheid van de eigen bijdragen voor de jaarrekening 2016. De gemeente Deventer heeft hierdoor onvoldoende zekerheid omtrent de volledigheid van de eigen bijdragen Wmo van € 3.118.000 in haar jaarrekening 2016.

Wel kan middels de mededeling zekerheid worden verkregen dat het totaalbedrag aan vastgestelde eigen bijdragen gelijk is aan de door het CAK geïnde en doorbetaalde eigen bijdragen aan de gemeente. Hiermee beschikt de gemeente Deventer in voldoende mate over de zekerheid dat de eigen bijdragen in de jaarrekening 2016 juist zijn verantwoord. Eventuele mogelijke niet verantwoorde eigen bijdragen worden ingeschat als niet significant cq materieel.


Vlottende passiva

Vlottende passiva

De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Borg- en Garantstellingen

Voor zover geldleningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. In de toelichting op de balans wordt dit nader gespecificeerd.

Verplichting voortvloeiend uit leasing

De waardering van de verplichting van financial leasing vindt plaats tegen de contante waarde van de contractueel verschuldigde leasetermijnen.


Overlopende passiva

Overlopende passiva zijn verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen (met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume (artikel 49, lid 1 – BBV)). Een essentieel kenmerk is dat voor de gemeente een verplichting bestaat. Een verplichting is een plicht of verantwoordelijkheid jegens een derde om op een bepaalde manier te handelen of te presteren (dit kan voortkomen uit een overeenkomst maar ook uit, door een derde reeds geleverde prestatie waarvoor nog geen betaling heeft plaatsgevonden). Verplichtingen kunnen rechtens afdwingbaar zijn als gevolg van een bindende overeenkomst of wettelijke vereiste.
Vanaf 01-01-2008 worden van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren onder de overlopende passiva opgenomen (artikel 49, onderdeel b – BBV).
Indien op basis van de voorwaarden van de specifieke doeluitkering het niet bestede bedrag moet worden terugbetaald, dan is dit terug te betalen voorschotbedrag verantwoord onder de netto vlottende schulden (artikel 48, onderdeel d – BBV en vraag 2 van deel 15 – vragen en antwoordenrubriek).
Overlopende passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde (artikel 63 lid 7 – BBV).


Toelichting op de balans

Alles uitklappen
Vaste activa - Immateriële vaste activa

De post immateriële vaste activa wordt onderscheiden in:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio

137

146

Kosten onderzoek en ontwikkeling

362

59

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

3.166

0

Totaal

3.665

205

Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de immateriële vaste activa gedurende het jaar 2016:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde
31‑12‑2015

Boekwaarde
01‑01‑2016

Investeringen

Des-investeringen

Af-schrijvingen

Bijdragen van derden

Af-waarderingen

Boekwaarde
31‑12‑2016

Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio

146

146

-

-

9

-

-

137

Kosten van onderzoek en ontwikkeling

59

59

305

-

2

-

-

362

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

-

1.777

1.484

-

95

-

-

3.166

Totaal

205

1.982

1.789

0

106

0

0

3.665

Als gevolg van wijziging in BBV zijn bijdragen aan activa in eigendom van derden ad €1.777.000  in de beginbalans 2016 overgegaan van financiële activa naar immateriële activa.
Investeringen in 2016 betreffen trekkenwand schouwburg (€349.000), parkeerbijdrage filmtheater Viking (€1.135.000,-) en kosten onderzoek en ontwikkeling diverse grondexploitaties (€305.000).


Vaste activa - Materiële vaste activa

De materiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

In erfpacht uitgegeven gronden

4.073

4.312

Overige investeringen met economisch nut

185.524

181.011

Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van kosten een heffing kan worden geheven

33.005

32.641

Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut

24.830

23.875

Totaal

247.432

241.839

Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de in erfpacht uitgegeven gronden:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde
31‑12‑2015

Investeringen

Des-investeringen

Af-schrijvingen

Bijdragen van derden

Af-waarderingen

Boekwaarde 31‑12‑2016

Gronden uitgegeven in erfpacht

4.312

-

239

-

-

-

4.073

Totaal

4.312

0

239

0

0

0

4.073

De desinvestering betreft gronden Hanzeweg.

De overige investeringen met een economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Gronden en terreinen

11.884

11.782

Woonruimten

1.508

1.579

Bedrijfsgebouwen

130.401

140.989

Grond- weg- en waterbouwkundige werken

3.694

3.801

Vervoermiddelen

8

9

Machines, apparaten en installaties

23.944

10.129

Overige materiële vaste activa

14.085

12.722

Totaal

185.524

181.011

Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de overige investeringen met een economisch nut weer:

(bedragen x €1.000)

Boek-waarde 31‑12‑2015

Stand voorzie-ning 31‑12‑2015

Balans-waarde 31‑12‑2015

Boek-waarde 01‑01‑2016

Stand voorzie-ning per 01‑01‑2016

Balans-waarde 01‑01‑2016

Investe-ringen

Des-investe-ringen

Afschrij-vingen

Bij-drage van derden

Herrubri-cering
Stad-
huis

Afwaar-deringen

Boek-waarde
31‑12‑2016

Stand voorzie-ning 31‑12‑2016

Balans-waarde 31‑12‑2016

Gronden en terreinen

11.840

58

11.782

24.450

6.893

17.557

- 4.690

215

196

0

0

19.349

7.465

11.884

Woonruimten

1.579

1.579

1.579

0

1.579

0

0

71

0

0

1.508

1.508

Bedrijfsgebouwen

141.028

39

140.989

141.028

39

140.989

9.190

215

2.686

1.269

- 15.622

0

130.426

25

130.401

Grond-,weg- en waterbouwkundige werken

3.801

0

3.801

3.801

0

3.801

175

0

282

0

0

3.694

3.694

Vervoermiddelen

9

9

9

0

9

0

0

1

0

0

8

8

Machines, apparaten en installaties

10.129

10.129

10.129

0

10.129

1.018

0

2.092

0

14.889

0

23.944

23.944

Overige materiële vaste activa

12.722

12.722

12.722

0

12.722

1.944

0

1.314

0

733

0

14.085

14.085

Totaal

181.108

97

181.011

193.718

6.932

186.786

7.637

430

6.642

1.269

0

0

193.014

7.490

185.524

De balanswaarde per 01-01-2016 is €5.775.000 hoger dan 31-12-2015 door een aanpassing in het BBV. Daarbij zijn de niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) als categorie vervallen en zijn boekwaarden en voorzieningen ondergebracht onder de materiële activa.

De boekwaarde is met €5,1 miljoen verminderd, doordat vastgoed in de grondexploitatie Centrumplan Bathmen is ondergebracht, gronden Bramhaar zijn overgeboekt naar in exploitatie genomen gronden, vastgoed Gasfabrieksterrein is verkocht en de negatieve boekwaarde Bergweide Algemeen naar de verschillende deelgebieden is herverdeeld.

In 2016 is nog voor €4,4 miljoen investering geboekt voor het stadhuis. De aan de aannemer betaalde termijnen voor het stadhuis vóór 2016 zijn in de jaarrekening 2015 eerst gerubriceerd als investering in bedrijfsgebouwen. Bij afronding van het project in 2016 zijn de investeringen naar de juiste rubrieken uitgesplitst en is €15,8 miljoen als desinvestering bedrijfsgebouwen overgeboekt naar investeringen machines, apparaten en installaties en overige activa. Belangrijkste overige investeringen betreffen kindcentrum Borgele (€4,4 miljoen) en restauratie Bergkerk (€1,2 miljoen).

Voor de ontwikkeling fietsenstalling Stationsomgeving is een provinciale subsidie van €1,3 miljoen ontvangen.

Het onderstaand overzicht geeft weer het verloop van de boekwaarde van de investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2015

Investeringen

Des-investeringen

Af-schrijvingen

Bijdragen van derden

Afwaarderingen

Boekwaarde 31‑12‑2016

Investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven

32.641

1.354

-

984

6

-

33.005

Totaal

32.641

1.354

0

984

6

-

33.005

Vermeerdering van de boekwaarde betreft investeringen in rioleringen, die gedekt worden uit de riooltarieven.

Het onderstaand overzicht geeft weer het verloop van de boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2015

Investeringen

Des-investeringen

Af-schrijvingen

Bijdragen van derden

Afwaarderingen

Boekwaarde 31‑12‑2016

Gronden en terreinen

32

-

-

1

-

-

31

Grond- weg- en waterbouwkundige werken

23.577

2.863

7

1.418

455

-

24.560

Machines, apparaten en installaties

37

-

-

12

-

-

25

Overige materiële vaste activa

229

35

-

31

19

-

214

Totaal

23.875

2.898

7

1.462

474

0

24.830

Investeringen betreffen busstation stationsomgeving (€2,3 miljoen), tunnel Oostriklaan (€0,2 miljoen), as binnenstad-Colmschate wegvak 2 (€0,2 miljoen) en groene wal stationsomgeving (€0,1 miljoen).
Onder bijdragen derden zijn subsidies ontvangen voor stationsomgeving busstation en groene wal (€0,35 miljoen) en as binnenstad-Colmschate (€0,1 miljoen).


Vaste activa - Financiële vaste activa

De financiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2015

Boekwaarde 01‑01‑2016

Investeringen

Des-investeringen

Af-schrijvingen

Boekwaarde 31‑12‑2016

Kapitaalverstrekkingen aan:

Deelnemingen

13.959

13.959

1974

-

1

15.932

Leningen aan:

Deelnemingen

26.736

26.736

-

-

2.344

24.392

Overige langlopende leningen u/g

9.060

9.060

7

-

3.026

6.041

Overige uitzettingen > 1 jaar

46

46

-

-

46

-

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

1.777

-

-

-

-

-

Totaal

51.578

49.801

1.981

0

5.417

46.365

Als gevolg van wijziging in BBV zijn bijdragen aan activa in eigendom van derden ad €1.777.000 in de beginbalans 2016 overgegaan van financiële activa naar immateriële activa.
In 2016 is de deelneming in de NV Vastgoed in verband met de nieuwbouw bibliotheek met €1,4 miljoen verhoogd en de deelneming in Enexis met €0,5 miljoen.
De verstrekte langlopende leningen aan Attero en Edon zijn in 2016 volledig afgelost.


Vlottende activa - Voorraden

De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Onderhanden werk; voorraden gronden in exploitatie

74.215

126.129

Grond- en hulpstoffen; niet in exploitatie genomen gronden en overig

-

12.610

Gereed product en handelsgoederen; nog te verkopen grond en overige voorraden grond

11.738

12.603

Totaal

85.953

151.342

Afgedekt door voorzieningen verwacht verlies:

Onderhanden werk; voorraden gronden in exploitatie

12.617

40.455

Grond en hulpstoffen; niet in exploitatie genomen gronden en overig

-

6.835

Gereed product en handelsgoederen; nog te verkopen grond en overige voorraden grond

162

162

Totaal verliesvoorzieningen

12.779

47.452

Totaal

73.174

103.890


Vlottende activa - Niet in exploitatie genomen bouwgronden

Van de niet in exploitatie genomen bouwgronden (NIEGG) kan het volgende overzicht worden gegeven:

(bedragen x €1.000)

Niet in exploitatie genomen bouwgronden

Boekwaarde 31‑12‑2015

Stand voorz. 31‑12‑2015

Balanswaarde 31‑12‑2015

Boekwaarde 01‑01‑2016

Stand voorz. 01‑01‑2016

Balanswaarde 01‑01‑2016

Stand voorz. 31‑12‑2016

Balanswaarde 31‑12‑2016

Bergweide Demping Dode Havenarm

594

0

594

0

0

0

0

0

Bergweide 5.2

1.644

0

1.644

0

0

0

0

0

Havenkwartier Mr de Boerlaan

5.755

4.475

1.280

0

0

0

0

0

Terrein Zutphenseweg 51006 (vm Es)

580

363

217

0

0

0

0

0

Park Zandweerd

2.034

1.236

798

0

0

0

0

0

Geertruiden

0

0

0

0

0

0

0

0

Bramhaar

1.820

378

1.442

0

0

0

0

0

Centrumplan Bathmen

183

383

- 200

0

0

0

0

0

Totaal

12.610

6.835

5.775

0

0

0

0

0

De verliesvoorziening van gronden in exploitatie is afgenomen doordat de verliesvoorziening voor Leisurestrip Holterweg is omgezet in een afwaardering.
De categorie NIEGG is komen te vervallen en ondergebracht onder MVA als gevolg van nieuwe BBV regelgeving. De verliesvoorziening voor de voormalige NIEGG is toegenomen met €0,6 miljoen.


Vlottende activa - In exploitatie genomen bouwgronden

(bedragen x €1.000)

Boek-waarde
31‑12‑2015

Stand voorz.
31‑12‑2015

Balans-waarde
31‑12‑2015

Vermeerderingen

Verminderingen

Boek-waarde
31‑12‑2016

Rente op voor-
zieningen

Mutaties voor-
zieningen

Stand voorz.
31‑12‑2016

Balans-waarde
31‑12‑2016

Geraamde nog te realiseren kosten

Geraamde nog te realiseren opbrengsten

Geraamd eindresultaat

Bergweide Algemeen

-13.590

-

-13.590

13.590

-

-

-

-

-

-

-

-

-

Bergweide vuilstort Westfalenstr.

9.576

-

9.576

-5.151

-1.600

2.825

-

377

377

2.448

4.866

-7.259

432

Havenkwartier Havenplein

-133

-

-133

133

-

-

-

-

-

-

-

-

-

Havenkwartier zelf en samenbouw

3.446

-

3.446

-3.084

-285

77

-

-

-

77

118

-192

3

Havenkwartierdoorontw.broedplaats

1.488

-

1.488

-1.322

-

166

-

-

-

166

203

-215

154

HK Silogebied

1.897

-

1.897

-1.056

-122

719

-

-

-

719

1.077

-1.795

1

HK Stoer wonen

454

-

454

30

-

484

-

-

-

484

338

-975

-153

Hanzeweg

-57

-

-57

3.228

-3.299

-128

-

-

-

-128

7.323

-7.195

-

Bedrijvenpark A1

62.088

22.321

39.767

2.868

-37.698

27.258

416

-21.856

881

26.377

51.297

-81.901

-3.346

Bedrijventerrein Lettele

756

339

417

23

-

779

7

75

421

358

222

-547

454

Randgebieden AS Rondom de Scheg

7.786

5.516

2.270

-5.293

-

2.493

113

-5.430

199

2.294

2.365

-4.629

229

Randgebied AS BC Driehoek Blauwoo

17

-

17

-176

-

-159

-

-

-

-159

-

-

-159

Bedrijven Bathmen

337

-

337

24

-

361

-

-

-

361

424

-869

-84

Sluiskwartier

5.009

1.367

3.642

790

-510

5.289

22

-110

1.279

4.010

2.837

-6.579

1.547

Geertruiden

-894

-

-894

396

-171

-669

-

-

0

-669

733

-305

-241

WC Keizerlanden

5.215

2.355

2.860

1.122

-3.594

2.743

48

993

3.396

-653

1.709

-921

3.531

Eikendal fase 1

15.284

1.345

13.939

594

-654

15.224

1

-1.045

301

14.923

7.791

-22.618

397

Centrumplan Bathmen

0

-

0

494

-11

483

8

390

398

85

236

-304

414

De Wijtenhorst

6.101

2.842

3.259

990

-1.110

5.981

57

78

2.977

3.004

2.094

-4.789

3.286

Vijfhoek Algemeen

984

-

984

-

-

984

-

-

-

984

-

-

984

Spikvoorde

-977

-

-977

-

-

-977

-

-

-

-977

-

-

-977

Gooikerspark

-7

-

-7

-

-

-7

-

-

-

-7

-

-

-7

De Vijfde Hoek

9.379

1.608

7.771

1.059

-8.870

1.568

26

-1.634

-

1.568

6.497

-15.902

-7.837

Steenbrugge

11.970

2.762

9.208

1.711

-4.960

8.721

45

-419

2.388

6.333

16.000

-21.867

2.854

Totaal

126.129

40.455

85.674

10.970

-62.884

74.215

743

-28.581

12.617

61.598

106.130

-178.862

1.482

De belangrijkste mutaties bij de in exploitatie genomen projecten vonden plaats bij:

  • Resultaat van Bergweide Algemeen van €13,6 is herverdeeld binnen Complex Groot Bergweide;
  • Complex Groot Bergweide toename van €1,0 miljoen, planontwikkelingskosten en rente;
  • Bedrijvenpark A1 afname van  €2,5 miljoen, grondopbrengsten, bouw- en woonrijp maken en afname van €35,7 miljoen vanwege splitsing facilitair grondbeleid;
  • Holterwegzone afname van €5,5 miljoen, afwaardering;
  • Sluiskwartier toename van €0,3 miljoen, bouwrijp maken en planontwikkelingskosten;
  • Geertruiden toename van €0,2 miljoen, storting reserve herstructurering;
  • Winkelcentrum Keizerslanden afname van €2,5miljoen, grondopbrengsten;
  • Eikendal afname van €0,06 miljoen: planontwikkelingskosten, rente en grondopbrengsten;
  • Centrumplan Bathmen toename van €0,3 miljoen: verwerving en bouwrijp maken en €0,2 miljoen over van materiele vaste activa;
  • Wijtenhorst €0,1 miljoen grondopbrengst en bouw- en woonrijp maken;
  • De Vijfde Hoek afname van €1,2 miljoen grondopbrengsten en afname €6,6 miljoen vanwege splitsing facilitair grondbeleid;
  • Steenbrugge afname van €3,2 miljoen grondopbrengsten

De verliesvoorziening is per saldo met €28,6 miljoen verlaagd. Dit komt onder andere door:

  • nieuwe BBV regelgeving (splitsing facilitair grondbeleid en vervallen categorie NIEGG);
  • het inzetten van de verliesvoorziening voor afwaardering van de boekwaarde;
  • actualisatie van de grondexploities.

Voor een nadere toelichting op de grondexploitatie wordt verwezen naar de toelichting op het programma 6 en de paragraaf grondbeleid.


Vlottende activa - Overzicht gereed product en handelsgoederen

(bedragen x € 1.000)

Boek-waarde
31‑12‑2015

Stand voorz.
31‑12‑2015

Balans-waarde
31‑12‑2015

CBR Voorraad eigen verklaring

Vermeerde-ringen

Vermin-deringen

Boek-waarde
31‑12‑2016

Rente op voorzie-ningen

Mutaties voorzie-ningen

Stand voorz.
31‑12‑2016

Balans-waarde
31‑12‑2016

Te verkopen panden en gronden

12.592

162

12.430

-

1.660

2.529

11.723

-

-

162

11.561

Overige voorraden

11

-

11

4

-

-

15

-

-

-

15

Totaal

12.603

162

12.441

4

1.660

2.529

11.738

0

0

162

11.576

Vermeerdering betreft rente en overboeking van Bramhaar (€1,5 miljoen) van materiële activa.
Verminderingen betreffen verkopen gronden uit afgesloten grondexploitatie: in de Vijfhoek, Bergweide 3 en Bramhaar hebben wij diverse kavels verkocht. Gronden Deventer Noord Oost: wij hebben een woning verkocht aan de Rielermatenweg.


Vlottende activa - Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van één jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde
31‑12‑2016

Voorziening
oninbaarheid

Balanswaarde
31‑12‑2016

Balanswaarde
31‑12‑2015

Vorderingen op openbare lichamen

1.601

-

1.601

7.650

Verstrekte kasgeldleningen

-

-

-

-

Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

5.404

-

5.404

-

Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen

-

-

-

-

Overige vorderingen

18.689

4.555

14.134

12.862

Overige uitzettingen

-

-

-

-

Totaal

25.694

4.555

21.139

20.512


Vlottende activa - Drempelbedrag Schatkistbankieren (SKB)

(bedragen x €1.000)

1e kwartaal

2e kwartaal

3e kwartaal

4e kwartaal

Op dagbasis buiten 's Rijks schatkist gehouden middelen

-

-

-

-

Drempelbedrag

2.545

2.545

2.545

2.545

Totaal

2.545

2.545

2.545

2.545


Vlottende activa - Liquide middelen

Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde  31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Kassaldi

-

1

Banksaldi

4.507

1.033

Totaal

4.507

1.034


Vlottende activa - Overlopende activa

De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde  31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel

4.000

7.047

Overige nog te ontvangen bedragen

42.843

29.357

Vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van volgende begrotingsjaren

960

809

Totaal

47.803

37.213

Onder de overige nog te ontvangen bedragen is een bedrag van 21 miljoen opgenomen voor splitsing grondexploitaties Bedrijvenpark A1 en Vijfde Hoek vanwege nieuwe BBV regelgeving facilitair grondbeleid. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. Daarnaast bestaat het bedrag met name uit terug te ontvangen BCF BCF (€13,9 miljoen).


Vaste passiva - Eigen Vermogen

Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde  31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Algemene reserve

15.559

15.375

Bestemmingsreserve

60.084

57.077

Gerealiseerd resultaat

1.969

2.337

Totaal

77.612

74.789

Het resultaat 2016 na bestemming via reserves bedraagt €1.969.000. Door dit resultaat aan te passen met de over te hevelen budgetten ontstaat een voordelig nettoresultaat van €795.671.  In het jaarverslag wordt in hoofdstuk 2 "Financieel verslag " een samenvattend overzicht en analyse weergegeven van het rekening resultaat 2016.


Vaste passiva - Voorzieningen

Het verloop van de voorzieningen wordt in onderstaand overzicht weergegeven:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde
31‑12‑2015

Toevoegingen

Vrijval

Aanwendingen

Boekwaarde
31‑12‑2016

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

7.621

897

-

540

7.978

Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden

2.152

106

-

314

1.944

Totaal

9.773

1.003

0

854

9.922

De voorziening wethouderspensioenen is door rente en begrote dotatie vanuit de exploitatie met €712.000 verhoogd. Hierbij is rekening gehouden
met verhoogde kosten op grond van de actuele actuariele berekeningen  voor lopende verplichtingen.
De voorziening afgesloten complexen grondexploitaties is met €69.000 verhoogd ten behoeve van nog voorziene kosten voor het afgesloten
complex Bramhaar.
Daarnaast is op basis van een actuele raming is de beschikbare voorziening met €57.000 opgehoogd. Dit is geput uit de algemene reserve grondexploitaties.
De voorzieningen voor de fondsen collectie Reijns en Knecht-Drenth en het fonds evenementen zijn €145.000 verhoogd met de begrote jaarlijkse
dotatie.
Aanwending betreft met name nakomende kosten ad €202.000 voor afgesloten complexen grondexploitaties, €275.000 voor rioleringen en € 287.000
voor wethouderspensioenen.


Vaste passiva - Vaste schulden met een rentetypische looptijd van > 1 jaar

De onderverdeling van de in de balans opgenomen vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar is als volgt:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Onderhandse leningen van:

Binnenlandse banken en overige financiële instellingen

280.882

270.594

Binnenlandse bedrijven

5.600

5.735

Overige binnelandse sectoren

-

-

Buitenlandse instellingen

20.000

20.000

Sub-totaal

306.482

296.329

Door derden belegde gelden

654

650

Waarborgsommen

66

69

Totaal

307.202

297.048


Vaste passiva - Overzicht vaste schulden met een rentetypische looptijd van > 1 jaar

In het hierna opgenomen overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar over het jaar 2016:

(bedragen x €1.000)

Saldo 31‑12‑2015

Vermeerderingen

Aflossingen

Saldo 13-12‑2016

Onderhandse leningen

296.329

46.256

36.103

306.482

Door derden belegde gelden

650

54

50

654

Waarborgsommen

69

10

13

66

Totaal

297.048

46.320

36.166

307.202

De totale rentelast voor het jaar 2016 met betrekking tot de vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar bedraagt €9.623.026.


Vlottende passiva - Kortlopende financiële verplichtingen

Onder de vlottende passiva zijn opgenomen:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar

27.117

42.119

Overlopende passiva

22.232

32.542

Totaal

49.349

74.661

De in de balans opgenomen netto-schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet financiering decentrale overheden

-

-

Overige kasgeldleningen

-

20.000

Banksaldi

4.073

3.751

Overige schulden

23.044

18.368

Totaal

27.117

42.119

De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt:

(bedragen x €1.000)

Boekwaarde 31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume

16.170

20.822

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren

4.445

10.706

Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen

1.617

1.014

Totaal

22.232

32.542


Vlottende passiva - Waarborgen en garanties

Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte waarborgen aan natuurlijke- en rechtspersonen kan als volgt naar de aard van de geldlening
gespecificeerd worden:

(bedragen x €1.000)

Aard/
Omschrijving

Oorspronkelijk
bedrag

Percentage
borgstelling

Boekwaarde
31‑12‑2016

Boekwaarde 31‑12‑2015

Gewaarborgde geldleningen

-

-

-

9.556

12.869

Gewaarborgde geldleningen voor het verkrijgen en verbeteren van eigen woningen particulieren

-

-

-

12.242

14.307

Totaal

21.798

27.176

Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte garanties bestaat uit de volgende garantstellingen:

(bedragen x €1.000)

Aard/ Omschrijving

Boekwaarde 31‑12‑2016

Garantstellingen via waarborgfondsen WEW (NHG) en WSW

-

1.179.387

Overige verleende garanties (o.a. sportverenigingen)

-

707

Totaal

-

1.180.094

In 2016 is voor een bedrag van €0 daadwerkelijk betaald uit hoofde van aanspraken op de verleende borg- en garantstellingen, met uitzondering
van NHG.


Vlottende passiva - Langlopende financiële verplichtingen

Samenvatting niet uit de balans blijkende verplichtingen:

(bedragen x €1.000)

Totaalbedrag
volledige
contractperiode

Gerealiseerd
t/m 2015

Gerealiseerd
bedrag in
2016

Raming bedrag restant verplichting

Huurovereenkomsten huisvesting gemeentelijk apparaat

20.822

16.064

117

4.641

Huurovereenkomsten cultureel-, onderwijs-, welzijn en sportgebouwen*

2.762

1.884

399

479

Lease overeenkomsten bedrijfswagens

319

266

7

46

Lease overeenkomsten ICT apparatuur

3.987

1.973

651

1.363

Huurovereenkomsten parkeergarages

15.545

12.198

578

2.769

Overige overeenkomsten

73.187

48.386

8.525

16.276

Totaal

116.622

80.771

10.277

25.574


Overzicht Baten en Lasten

(bedragen x €1.000)

Primitieve begroting

Begroting na wijziging

Rekening

Verschil

Lasten

Baten

Saldo

Lasten

Baten

Saldo

Lasten

Baten

Saldo

Lasten

Baten

Saldo

Programma

Burger en bestuur

9.595

2.092

-7.503

10.019

2.319

-7.700

10.505

2.590

-7.915

486

271

-215

Openbare orde en veiligheid

9.333

569

-8.764

9.128

610

-8.518

9.365

782

-8.583

237

172

-65

Leefomgeving

35.504

15.614

-19.890

37.820

19.151

-18.669

36.938

18.749

-18.189

-882

-402

480

Milieu en duurzaamheid

14.847

13.050

-1.797

16.787

12.370

-4.417

15.071

13.212

-1.859

-1.716

842

2.558

Ruimtelijke ontwikkeling

4.188

3.459

-729

5.307

4.003

-1.304

5.331

3.924

-1.407

24

-79

-103

Herstructurering en vastgoed

19.559

17.794

-1.765

27.788

27.395

-393

39.734

38.880

-854

11.946

11.485

-461

Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt

65.732

40.156

-25.576

72.040

41.950

-30.090

70.203

40.833

-29.370

-1.837

-1.117

720

Meedoen

69.537

6.236

-63.301

69.501

6.142

-63.359

67.751

6.736

-61.015

-1.750

594

2.344

Jeugd en onderwijs

41.264

3.369

-37.895

45.810

5.736

-40.074

44.574

4.878

-39.696

-1.236

-858

378

Economie, kunst en cultuur

17.584

5.246

-12.338

18.679

6.718

-11.961

18.142

3.531

-14.611

-537

-3.187

-2.650

Bedrijfsvoering

30.453

4.775

-25.678

29.653

3.973

-25.680

30.270

3.901

-26.369

617

-72

-689

Subtotaal programma's

317.596

112.360

-205.236

342.532

130.367

-212.165

347.884

138.016

-209.868

5.352

7.649

2.297

Algemene dekkingsmiddelen

Lokale heffingen

0

23.621

23.621

0

24.279

24.279

0

24.348

24.348

0

69

69

Kwijtscheldingen OZB

0

0

0

0

0

0

15

0

-15

15

0

-15

Kwijtscheldingen niet OZB

9

0

-9

9

0

-9

12

0

-12

3

0

-3

Algemene uitkeringen

0

176.106

176.106

0

182.228

182.228

0

183.067

183.067

0

839

839

Dividend

0

965

965

0

969

969

0

974

974

0

5

5

Agio uitkering

0

0

0

0

235

235

0

235

235

0

0

0

Saldo financieringsfunctie

0

7.025

7.025

0

4.381

4.381

0

4.535

4.535

0

154

154

Stelposten

2.743

0

-2.743

106

0

-106

0

0

0

-106

0

106

Overige algemene dekkingsmiddelen

-150

2.294

2.444

975

1.031

56

1.178

999

-179

203

-32

-235

Calculatieverschillen

280

93

-187

1.678

955

-723

379

120

-259

-1.299

-835

464

Subtotaal Algemene dekkingsmiddelen

2.882

210.104

207.222

2.768

214.078

211.310

1.584

214.278

212.694

-1.184

200

1.384

Onvoorzien

221

0

-221

121

0

-121

0

0

0

-121

0

121

Resultaat voor resultaatbestemming

320.699

322.464

1.765

345.421

344.445

-976

349.468

352.294

2.826

4.047

7.849

3.802

Mutaties reserves

Burger en bestuur

112

45

-67

192

164

-28

192

68

-124

0

-96

-96

Openbare orde en veiligheid

6

0

-6

6

30

24

6

30

24

0

0

0

Leefomgeving

471

222

-249

2.652

1.221

-1.431

2.788

1.100

-1.688

137

-121

-258

Milieu en duurzaamheid

0

1.166

1.166

0

3.691

3.691

0

1.158

1.158

0

-2.533

-2.533

Ruimtelijke ontwikkeling

0

0

0

115

0

-115

115

0

-115

0

0

0

Herstructurering en vastgoed

1.339

3.592

2.253

4.100

5.067

967

11.062

12.490

1.428

6.962

7.423

461

Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt

0

406

406

192

1.025

833

371

391

20

179

-634

-813

Meedoen

78

355

277

2.708

1.886

-822

5.300

1.842

-3.458

2.592

-44

-2.636

Jeugd en onderwijs

0

2.599

2.599

686

3.772

3.086

712

3.547

2.835

26

-225

-251

Economie, kunst en cultuur

2.935

551

-2.384

5.381

2.512

-2.869

2.173

2.269

96

-3.208

-243

2.965

Bedrijfsvoering

0

374

374

5.729

3.852

-1.877

4.221

3.441

-780

-1.508

-411

1.097

Algemene dekkingsmiddelen

13.336

7.584

-5.752

15.669

15.878

209

15.989

15.737

-252

320

-141

-461

Subtotaal Mutaties reserves

18.277

16.894

-1.383

37.430

39.098

1.668

42.929

42.073

-856

5.500

2.975

-2.525

Afrondingsverschillen

0

-2

-2

-2

0

2

3

-2

-2

5

-2

-6

Resultaat na resultaatbestemming

338.976

339.356

380

382.849

383.543

694

392.400

394.365

1.968

9.552

10.822

1.271

Toelichting op de programmarekening

Hieronder volgt een korte toelichting op hoofdlijnen van de verschillen in saldi van de uitkomsten tussen de begroting 2016 na wijziging en de realisatie 2016. Dit betreft verschillen exclusief de puttingen en stortingen uit/in reserves. Een gedetailleerde toelichting treft u aan in de programmatoelichting in het jaarverslag.

Programma Burger en bestuur

Het nadeel is voor het grootste deel te verklaren door een extra storting in de voorziening Wethouderspensioenen als gevolg van lagere rekenrente.

Programma Openbare orde en veiligheid

Het negatieve exploitatieresultaat wordt met name veroorzaakt door het product regio en rampenbestrijding: een hogere bijdrage aan de veiligheidsregio IJsselland en hogere kosten als gevolg van het Functioneel Leeftijd Ontslag (FLO).

Programma Leefomgeving

Het voordelige resultaat is grotendeels te verklaren doordat het budget areaalaccres dat bij de najaarsrapportage niet tijdig kon worden aangewend. Werkzaamheden zijn daarom uitgesteld. Daarnaast zijn er vrijvallende kapitaalslasten die de komende jaren worden aangewend voor noodzakelijke vervangingen in de haven. De nadelen binnen het programma worden hoofdzakelijk veroorzaakt door een hogere afrekening voor gladheidsbestrijding en een nieuwe benadering van en initiële investering in de coördinatie op alle verkeersmaatregelen.

Programma Milieu en duurzaamheid

Per saldo een positief exploitatieresultaat vanwege de fasering van bodem- en geluidsaneringstrajecten en een voordeel van niet bestede lasten en baten voor een nieuwe Milieustraat die worden overgeheveld naar 2018.

Programma Ruimtelijke ordening

Het nadelige resultaat wordt met name veroorzaakt doordat de legesinkomsten voor omgevingsvergunningen en planologische procedures lager zijn uitgevallen dan begroot. Daarnaast was extra ambtelijke inzet nodig voor het omgevingsplan, de omgevingsvisie, de omgevingswet  en de begeleiding van locatie- en gebiedsontwikkelingen. Ook de projecten snelheidsverhoging Siemelinksweg en de verbreding A1 hebben veel inzet gevraagd. Daar tegenover staat een voordeel als gevolg van minder aan onderhoud aan woonwagens.

Programma Herstructurering en vastgoed

Voor de drie herstructureringsprojecten Rivierenwijk, Keizerslanden en Voorstad Oost is er een voordeel, dat onder andere wordt veroorzaakt doordat werkzaamheden in de Rivierenwijk voor deltadeals en aanpassingen aan het Deltaplein niet zijn uitgevoerd. Ook zijn bijdragen van Woonbedrijf Ieder1 voor Keizerslanden eerder ontvangen. In Voorstad Oost is er voor de projecten wijkinitiatieven, woningverbetering en pauzelandschap een voordeel. Voor het onroerend goed buiten exploitatie is er een nadeel op met name de exploitatie van panden, gronden uit afgesloten grondexploitaties en strategische locaties. Hierdoor is meer geput uit de reserve onroerende zaken dan begroot. Binnen de grondexploitaties waren de lasten voor met name Bedrijvenpark A1 en Hanzeweg lager, doordat respectievelijk minder bouwrijp is gemaakt en de uitvoering later is gestart. Binnen de projecten Vijfde Hoek, Steenbrugge, Wijtenhorst en Douweler Leide en Gasfabrieksterrein hebben wij meer opbrengsten ontvangen dan begroot.

Programma Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt

Het werkelijk tekort op het inkomensdeel is in 2016 lager dan geraamd bij de najaarsrapportage. Het lager tekort op het inkomensdeel resulteert in een lager beroep op de vangnetregeling, waardoor het effect per saldo neutraal is. Het voordeel op programma 7 is voornamelijk te verklaren door de bijdrage die in 2016 is ontvangen vanuit de intertemporele vergoeding verhoogde asielinstroom van het Rijk, voor het aantal statushouders dat in Deventer is gevestigd en een beroep doet op de bijstand.

Programma Meedoen

Het voordeel is grotendeels te verklaren door een lagere besteding maatwerkvoorzieningen Beschermd Wonen, voornamelijk ZIN (zorg in natura). Tevens zijn hogere eigen bijdragen ontvangen van het CAK, hetgeen een na-ijleffect is van het transitiejaar 2015 en is een hogere Rijksbijdrage ontvangen voor de in Deventer gevestigde nieuwkomers.

Programma Jeugd en onderwijs

Geen significante afwijking.

Programma Economie, kunst en cultuur

Het programma kent per saldo een positief exploitatieresultaat. Met name vanwege lagere kapitaallasten als gevolg van de vertraging realisatie Filmtheater en het feit dat het tweede deel van de bijdrage voor de trekkenwand van de schouwburg begin 2016 is verstrekt.

Programma Bedrijfsvoering

Het voordeel  is voor het grootste gedeelte te verklaren door een hogere dekking voor bedrijfsvoeringskosten doordat meer uren zijn gewerkt voor doorberekende projecten, externe opdrachten en subsidies, en  doordat de vanaf 2017 verwachte efficiencywinst op belastingen reeds in 2016 kon worden gerealiseerd.

Programma Algemene dekkingsmiddelen

Er is een voordeel op de ontvangst Algemene Uitkering en de post onvoorzien is niet volledig besteed.

Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen

Op 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) in werking getreden. In deze nieuwe wet zijn regels vastgelegd over de maximale bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen in de (semi)publieke sector. Jaarlijks wordt de WNT-norm vastgesteld in een ministeriële regeling.

Rapportage WNT

De WNT is van toepassing op de gemeente Deventer. Artikel 4.1 – WNT en het gewijzigde artikel 28 – BBV verplicht te rapporteren over de bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen. Voor de gemeenten is de functie van gemeentesecretaris en van griffier aangewezen als topfunctionaris in de zin van de WNT. Dit betreffen de volgende gegevens:

  • de naam (het publiceren van de naam geldt enkel voor de topfunctionarissen);
  • de beloning;
  • de belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding;
  • de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
  • de functie of functies;
  • de duur en omvang van het dienstverband in het verslagjaar;
  • een motivering voor de overschrijding van de maximale bezoldigingsnorm (indien van toepassing).

Daarnaast wordt transparantie gevraagd over bezoldiging van overige functionarissen met een dienstbetrekking waarvan de bezoldiging het wettelijk maximum overschrijdt (artikel 4.2 – WNT). De maximum bezoldigingsnorm voor 2016 bedraagt € 179.000. Het publiceren van de gegevens van niet-topfunctionarissen gebeurd alleen op functie (niet op naam). In de toelichting op de balans moeten de volgende gegevens worden opgenomen:

  • de beloning;
  • de belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding;
  • de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
  • de functie of functies;
  • de duur en omvang van het dienstverband in het verslagjaar;
  • een motivering voor de overschrijding van de maximale bezoldigingsnorm.

Ontslagvergoeding

Topfunctionaris
Conform artikel 4.1, lid 3 – WNT wordt in de jaarrekening de verrichte uitkering opgenomen aan de top functionaris waarvan het dienstverband in het boekjaar is beëindigd. Wanneer de uitkering meer bedraagt dan de wettelijke maximale bezoldiging van €75.000 wordt de overschrijding in het jaarverslag gemotiveerd (artikel 4.2, lid 4 – WNT).

Niet-topfunctionaris
De norm voor de uitkering van wegens beëindiging van het dienstverband geldt niet voor niet-topfunctionarissen. Voor niet-topfunctionarissen geldt wel dat wanneer een hogere uitkering dan het bezoldigingsmaximum (oftewel wanneer de som van de bezoldiging en de beëindigingsuitkering boven de €179.000 uitkomt) dit moet worden vastgelegd in het jaarverslag en elektronisch bij het ministerie moet worden gemeld.

Uitvoering WNT

De Gemeente Deventer heeft in 2016 geen bezoldiging verstrekt aan functionarissen met een dienstbetrekking die hoger is dan de maximale norm (€179.000).
In 2016 was er in de gemeente Deventer(conform de WNT) geen sprake van een topfunctionaris zonder dienstbetrekking.  De Gemeente Deventer heeft 3 topfunctionarissen in dienst, te weten de heer Lantain (gemeentesecretaris tot 20 juli 2016), de heer Kossen (Algemeen directeur en gemeentesecretaris vanaf 20 juli 2016)  en de heer Peet (griffier).

De bezoldiging van de heer drs. A.L.C.S. Lantain bedroeg in 2016 €89.052,58 inclusief 8% vakantietoeslag, 6% eindejaarsuitkering en 1,5% levensloopbijdrage (2015: €116.504,61). Er is een variabele onkostenvergoeding uitgekeerd van €528,88 (2015: €1.013,06). In het verslagjaar werd in totaal €9.756,00 aan pensioenpremie (werkgevers- en werknemerspremie) afgedragen (2015: €21.069,30). De heer Lantain is uitdienst getreden per 1 september 2016. Het betrof een fulltime dienstbetrekking. De heer Lantain ontving een ontslaguitkering, zijnde een eenmalig bedrag in september 2016 ad. €75.000,00.

De bezoldiging van de heer drs. S.J. Peet bedroeg in 2016 €105.976,13 inclusief 8% vakantietoeslag, 6% eindejaarsuitkering en 1,5% levensloopbijdrage  (2015: €90.287,09). Er is een variabele onkostenvergoeding uitgekeerd van €463,32 (2015: €230,64). In het verslagjaar werd in totaal  €13.358 aan pensioenpremie (werkgevers- en werknemerspremie) afgedragen (2015: €19.569,00). De heer Peet is aangesteld in vaste dienst voor onbepaalde tijd. Het betreft een fulltime dienstbetrekking.

De bezoldiging van de heer M.A. Kossen bedroeg in 2016 vanaf 20 juli 2016 €53.197 inclusief 8% vakantietoeslag, 6% eindejaarsuitkering en 1,5% levensloopbijdrage. Er is geen variabele onkostenvergoeding uitgekeerd. In het verslagjaar werd in totaal €6.622 aan pensioenpremie (werkgevers- en werknemerspremie) afgedragen. De heer Kossen is aangesteld in vaste dienst voor onbepaalde tijd. Het betreft een fulltime dienstbetrekking.

Er waren geen ontslagvergoedingen boven de €75.000 aan (top)functionarissen conform de WNT-norm. In 2016 had de Burgemeester van Deventer het hoogst belastbaar jaarloon. Zijn inkomen is vastgesteld conform de wettelijk bepalingen die zijn gesteld door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.